Met de inwerkingtreding van de Wabo op 1 oktober 2010 is er het nodige veranderd op omgevingsrechtelijk gebied. Hoewel de inwerkingtreding van de Omgevingswet nadert en de Wabo naar alle waarschijnlijkheid niet in de huidige vorm blijft bestaan, is deze wet anno 2022 onverwijld relevant. Welke veranderingen heeft de Wabo met zich meegebracht en wat is nou precies een omgevingsvergunning? Op het eerste gezicht lijkt het misschien een ‘overload’ aan informatie, maar in dit artikel zetten wij de belangrijkste aspecten van de Wabo voor jou uiteen. Binnen no-time ben je weer helemaal up-to-date!
Wat is de Wabo?
De Wabo is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, een verzameling van wetten die het aanvragen van een omgevingsvergunning vereenvoudigt door het integreren van circa 25 vergunningen, ontheffingen en meldingen. Enkele voorbeelden hiervan zijn de reclamevergunning, sloopvergunning, bouwvergunning en milieuvergunning. Deze omgevingsvergunning maakt het mogelijk om binnen één project verscheidene activiteiten uit te voeren, en heeft onder andere betrekking op de fysieke leefomgeving: natuur en milieu, ruimte, bouwen, wonen en monumenten.
De Wabo: verleden, heden en toekomst
Vóór de Wabo
Had je voor de komst van de Wabo bijvoorbeeld een verbouwing op de planning staan? Dan was het noodzakelijk een aantal afzonderlijke vergunningen en ontheffingen aan te vragen bij verscheidene instanties, zoals een sloopvergunning, milieuvergunning, bouwvergunning, kapvergunning of ontheffing van het bestemmingsplan.
Nu
Met de invoering van de Wabo werd het mogelijk om in één keer een vergunning aan te vragen voor (meerdere) verschillende handelingen, waaronder bouwen, bomen kappen en slopen. Zo is er niet langer een bouwvergunning nodig bij het realiseren van een bouwwerk, maar slechts een omgevingsvergunning. Deze wordt bij één centraal loket aangevraagd; het digitale Omgevingsloket online (OLO). Het aanvragen van een omgevingsvergunning is door de Wabo kortom eenvoudiger gemaakt voor burgers en bedrijven en draagt zodoende bij aan een efficiënte(re) en betere dienstverlening.
Na de Wabo
Zoals reeds benoemd, is de omgevingsvergunning tot op heden van groot belang voor de uitvoering van activiteiten in de fysieke leefomgeving. Dit zal – mocht de Omgevingswet in 2023 daadwerkelijk in werking treden – niet langer in de Wabo, maar in de Omgevingswet worden geregeld. De omgevingsvergunning en met de name de manier waarop de aanvraag daarvan is geregeld in de Wabo, zal dan naar alle waarschijnlijkheid een andere (kleinere) rol gaan spelen. Voor meer informatie over de Omgevingswet kunt u dit artikel raadplegen.
Wat zijn de kernpunten van de Wabo?
• 1 loket voor de aanvraag van de omgevingsvergunning;
• 1 uniforme en daardoor vaak kortere procedure met minder tegenstrijdigheden;
• 1 (digitale) procedure om een vergunning aan te vragen, waardoor er minder administratieve lasten bestaan voor de overheid, burgers en bedrijven;
• 1 bevoegd gezag en aanspreekpunt voor de vergunningverlening;
• 1 handhavend bestuursorgaan;
• 1 rechtsbeschermingsprocedure voor bezwaar en beroep.
Hoe is de Wabo ingedeeld?
De Wabo bestaat uit 8 hoofdstukken die zijn onderverdeeld in verschillende paragrafen en artikelen. De opbouw van deze hoofdstukken is als volgt:
• Hoofdstuk 1: de begripsbepalingen. Zo worden onder andere de begrippen activiteit, bestemmingsplan, bouwverordening en omgevingsvergunning uitgelegd. Deze worden in de verschillende hoofdstukken nader uitgewerkt.
• Hoofdstuk 2: de omgevingsvergunning. Hierin worden onder andere de (beoordeling van de) aanvraag om een omgevingsvergunning, alsmede de wijziging of intrekking van de omgevingsvergunning behandeld.
• Hoofdstuk 3: de voorbereidingsprocedures. Hierin zijn onder andere de algemene bepalingen over de totstandkoming van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, de reguliere en de uitgebreide voorbereidingsprocedure én de procedures voor de wijziging en intrekking van de omgevingsvergunning opgenomen.
• Hoofdstuk 4: de financiële bepalingen, waaronder de vergoeding van kosten en schade.
• Hoofdstuk 5: de uitvoering en handhaving. Hierin zijn onder andere de taken van het bevoegd gezag, de aanwijzing van ambtenaren met toezichthoudende en/of opsporingsbevoegdheden, het opleggen van een last onder bestuursdwang/dwangsom en de intrekking van een vergunning/ontheffing geregeld.
• Hoofdstuk 6: de Inwerkingtreding van Beschikkingen en Rechtsbescherming.
• Hoofdstuk 7: verdere bepalingen.
• Hoofdstuk 8: de overgangs- en slotbepalingen.
Wat zijn de Bor en de Mor?
Naast de wettekst kent de Wabo twee belangrijke uitvoeringsregelingen:
• Het Besluit omgevingsrecht (Bor): in deze algemene maatregel van bestuur zijn onder andere de activiteiten waarvoor een omgevingsvergunning benodigd is, informatie omtrent het bevoegd gezag, algemene voorschriften over de aanvraag van een omgevingsvergunning en voorschriften over de inhoud van de omgevingsvergunning opgenomen.
• De Ministeriële regeling Omgevingsrecht (Mor): in deze ministeriële regeling is opgenomen welke gegevens de aanvrager van een omgevingsvergunning moet aanleveren, in welke vorm dit moet worden aangeleverd, welke technieken het bevoegd gezag in de omgevingsvergunning milieu moet verwerken en wat de kwaliteitseisen voor handhaving zijn.
Voor welke activiteiten moet ik een omgevingsvergunning aanvragen?
Op grond van de Wabo wordt een project onderverdeeld in verschillende activiteiten. Voor sommige activiteiten – de uitwerking is te vinden in de artikelen 2.1 en 2.2 Wabo – geldt een omgevingsvergunningplicht. De omgevingsvergunning kan bestaan uit meerdere toestemmingen voor één of meer activiteiten uit drie verschillende hoofdgroepen:
• Activiteiten waarvoor de vergunningplicht (in beginsel) direct volgt uit de wet. Voorbeelden: het bouwen van een bouwwerk, het gebruiken van gronden en/of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan en het slopen/verstoren/verplaatsen/wijzigen van een rijksmonument.
• Activiteiten waarvoor de vergunningplicht volgt uit een provinciale of gemeentelijke verordening, waarvan in de wet is vastgelegd dat deze vergunning een omgevingsvergunning is. Voorbeelden: het slopen/verstoren/verplaatsen/wijzigen van een monument dat in een dergelijke verordening is opgenomen en het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht dat in een dergelijke verordening is opgenomen.
• Activiteiten waarvoor de vergunningplicht volgt uit een provinciale, gemeentelijke of waterschapsverordening, waarvan in de verordening is vastgelegd dat deze vergunning een omgevingsvergunning is.
Welke soorten omgevingsvergunningen bestaan er?
Op grond van de Wabo bestaan er (drie) verschillende soorten omgevingsvergunningen, met elk een eigen procedure:
• Eén omgevingsvergunning voor alle projectactiviteiten. De activiteiten worden gebundeld in 1 aanvraag, waarna 1 procedure volgt en het de aanvrager vervolgens – mits de vergunning wordt verleend – is toegestaan om met het project aan de slag te gaan.
• Meerdere (deel)omgevingsvergunningen voor activiteiten binnen een project, die los van elkaar zijn aangevraagd. Hierbij is van belang te vermelden dat er tevens een risico bestaat; aangezien er een aparte procedure volgt per deelvergunningaanvraag is het mogelijk dat een aanvrager bepaalde delen van een project kan realiseren, maar andere onderdelen vervolgens niet kan afmaken. Dit geschiedt indien de vergunning voor een bepaald onderdeel niet kan worden verleend.
• Een omgevingsvergunning die bij de aanvraag is gesplitst in twee fasen. Het eerste gedeelte van de aanvraag heeft meestal betrekking op ruimtelijke activiteiten, zoals sloopwerkzaamheden en het tweede gedeelte heeft vervolgens betrekking op een ander aspect, zoals milieutechnische kwesties. Een indeling zoals hierboven komt vaak voor, maar staat niet vast; een andere activiteitenverdeling is tevens toegestaan. Voor elke fase bestaat een aparte procedure en pas wanneer voor beide fasen de vergunning is verleend, kan de initiatiefnemer starten met het project.
Wie bepaalt of een omgevingsvergunning wordt toegewezen?
Volgens de Wabo is het bevoegd gezag verantwoordelijk voor het al dan niet toekennen van een omgevingsvergunning. In principe zijn dat de burgemeester en wethouders van de gemeente waar het betrokken project in hoofdzaak wordt uitgevoerd, maar in uitzonderlijke gevallen wordt deze taak overgedragen aan ofwel de Gedeputeerde Staten, de minister van Binnenlandse Zaken of de minister van Economische Zaken. Hiervan is vaak sprake als er voor een project reeds een omgevingsvergunning is verleend door een van deze hogere bevoegde gezagen.
De voorbereidingsprocedures
De voorbereidingsprocedure gaat vooraf aan het nemen van een besluit op de aanvraag om de omgevingsvergunning. Er bestaan grofweg twee typen:
1. De reguliere voorbereidingsprocedure. Deze procedure wordt vaak gehanteerd indien er sprake is van relatief eenvoudige aanvragen of projecten die doorgaans weinig maatschappelijke gevolgen kennen. De gemeente beslist in principe binnen 8 weken of de omgevingsvergunning wordt toegekend, maar kan dit eenmalig verlengen met 6 weken. Mocht er na deze periode nog geen besluit zijn genomen, dan verkrijgt de aanvrager de omgevingsvergunning van rechtswege.
2. De uitgebreide voorbereidingsprocedure. Deze procedure wordt vaak gehanteerd bij complexere aanvragen, zoals activiteiten die in strijd zijn met het bestemmingsplan of milieuwaarden. De gemeente beslist in principe binnen 26 weken of de omgevingsvergunning wordt verleend, maar kan deze beslistermijn binnen de eerste 8 weken eenmalig verlengen met 6 weken. Er is binnen deze procedure geen mogelijkheid om de omgevingsvergunning van rechtswege te verkrijgen, mocht het besluit niet binnen de gestelde termijn zijn genomen.
Meer weten over de Wabo?
Bij House of Tenders helpen we bedrijven om hun grootste tenders binnen te halen. Heb je verdere hulp nodig bij het begrijpen of gebruiken van de Wabo? Of heeft dit artikel je nieuwsgierig gemaakt naar de manieren waarop de Wabo jou(w werk) beïnvloedt? Daar helpt ons enthousiaste team je natuurlijk graag bij. Neem hier vrijblijvend contact met ons op